Over de GR121 van Hesdin naar Montroeuil-sur-mer door Le Pays des 7 Vallées

Mooie maar pittige tocht bij zomerse temperaturen doorheen Le Pays des 7 Vallées , een streek in de Noord-Franse regio Pas-de Calais.
Zeven rivieren hebben in deze streek diepe valleien gevormd: La Canche, l’Authie, le Bras de Bronne, la Créquoise, la Planquette, la Ternoise, la Lys. We wandelden door het mooie golvende landschap en passeerden kleine, stille dorpjes die meestal verborgen liggen in de diep ingesneden valleien. Het werd een zware en lastige tocht want het was voortdurend klimmen en dalen bij temperaturen van bijna dertig graden.
We hadden onze rugzak goed gevuld met extra drank en mondvoorraad. Het beloofde warm te worden en we vermoedden dat er in de kleine dorpjes onderweg weinig of geen mogelijkheden zouden zijn om iets te eten of te drinken.
In het station van Montroeuil-sur-Mer zouden we om 7h07 de trein nemen naar de startplaats in Hesdin. Er was voldoende plaats om de wagen te parkeren voor het kleine stationnetje want de parking was leeg en er was geen levende ziel te bespeuren. We hadden meteen een raar gevoel toen we de enigszins verroeste treinsporen zagen met ertussen verdacht veel onkruid. Ook de toegang tot het perron bleek volledig afgesloten. De opgehangen uurregeling bij het station was nochtans heel recent en stemde overeen met deze die ik de week voordien op het internet had geraadpleegd. Toen we de bushalte bij het station opmerkten, begon het bij ons te dagen: er zou een busdienst de trein vervangen. En inderdaad: er kwam een bus aangereden die enkele honderden meter verder halt hield. Tot onze grote ontsteltenis echter vertrok de bus opnieuw in de andere richting. De bushalte was blijkbaar wat verderop verplaatst zonder enige aanduiding bij het station. De volgende bus richting Hesdin vertrok pas in de namiddag en tegen de avond. Na wat overleg besloten we om dan maar met de wagen naar Hesdin te rijden en dan na de tocht met de bus vanuit Montroeuil naar Hesdin terug te rijden. De goede bushalte wisten we ondertussen al zijn.
In een café op de Grand Place van Hesdin dronken we eerst nog een koffie en reden dan naar het station, het vertrekpunt. De GR121 loopt niet door het stadje, dus was er een kleine aanlooproute langs de Ternoise tot bij  het GR-pad in Grigny. Het was nevelig en warm.
In Grigny verlieten we de vallei van de Ternoise en kwamen in het Forêt Domaniale d’ Hesdin. Toen we het grote bos verlieten, daalden we af tot bij de Planquette en het dorpje Cavron-Saint-Martin. We hadden ondertussen 11 kilometer afgelegd en de zonnestralen begon stilletjes aan door het lichte mistgordijn te priemen. Tot onze grote verbazing was het dorpje toch een café rijk en we rustten wat uit op het terras. De andere klanten informeerden nieuwsgierig waar we vandaan kwamen en wat onze bestemming was. Ze bekeken ons verbaasd en  met enig ongeloof toen we hen uitlegden dat we te voet onderweg waren naar Montroeuil-sur-Mer. “ça c’est encore loin” wisten ze ons te vertellen.
We namen afscheid, lieten het dorpje achter ons en klommen uit de vallei van de Planquette en zetten koers naar Beaurainville, een iets groter dorp aan de Canche. We wandelden een viertal kilometer boven op het plateau en daalden dan af tot bij de Créquoise. Het riviertje stort zich wat verder in de Canche bij Beaurainville. De GR121 draait aan de rand van de dorpskom van Beaurainville onmiddellijk weg en loopt verder door de vallei van de Créquoise tot het dorpje Loison-sur-Créquoise. We rustten wat uit op een bankje aan een watermolen langs het riviertje.
Vanuit Loison-sur-Créquoise ging het opnieuw stevig bergop toen we de vallei van de Créquoise achter ons lieten. We planden een langere rust in het volgende dorpje: Saint-Denoeux, een plaatsje met iets meer dan 100 inwoners. In een schuilhut vonden we een schaduwrijk plaatsje, dat zorgde voor wat afkoeling en we namen de tijd om wat uit te rusten, iets te eten en te drinken. Aix-en Issart was het volgende dorpje op weg naar Montroeuil-sur-Mer. Het kleine dorpje ligt in de vallei van “le Bras de Bronne”. Het plaatselijke café was definitief gesloten en er was ook geen winkeltje. De laatste 7 kilometer zouden we dan maar overbruggen met de resterende lauwe drank uit onze rugzak. Op amper één kilometer voor het einde van de tocht in Neuville-sous-Montreuil hadden we meer geluk. De frisse pint in het café smaakte als nooit te voren.
Het dorpje Neuville-sous-Montroeuil is vooral bekend vanwege zijn Chartreuseabdij. Tijdens de Eerste Wereldoorlog deed dit vroegere kartuizerklooster dienst als burgerhospitaal en opvangcentrum voor Belgische vluchtelingen, vooral afkomstig uit de Westhoek. Heel wat van deze vluchtelingen (een 600-tal) zijn er overleden  en werden wat verderop in een weide begraven. Van deze “bijna vergeten” begraafplaats zijn alle zichtbare elementen verdwenen en rest er enkel nog de betonnen sokkel van het kruis.
Om 17h10 namen we in Montroeuil-sur-Mer de bus terug naar Hesdin. Van het mooie, versterkte stadje hebben we jammer genoeg niks gezien. Een bezoekje zal voor de volgende etappe zijn.
We plannen volgende week Boulogne-sur-Mer te bereiken en een schitterende GR121 te beëindigen








Reacties

Populaire posts van deze blog

Wandelnetwerk Pays de Cassel

over het strand en door de duinen naar Bray-Dunes en Zuydcoote